logo

Welcome to Wellspring

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit, sed do eiusmod tempor incididunt ut labore et dolore magna aliqua.
Working Hours
Maandag - vrijdag 09:00AM - 17:00PM
Saturday - Sunday CLOSED
From Our Gallery

Topvoetbal voor meiden!

06 51 403 995

Top

Melanie – deel 3; aankomst en direct volle bak

Utrechtse Vrouwenvoetbal Academie / Blog  / Amerika  / Melanie – deel 3; aankomst en direct volle bak

Melanie – deel 3; aankomst en direct volle bak

En toen was de dag aangebroken waarop in zou vertrekken. Twee van mijn beste vriendinnen kwamen mee om me uit te zwaaien. Daarnaast waren er veel familieleden. Het afscheid ging niet zonder slag of stoot, het was erg emotioneel. Maar ja, wat verwacht je als je afscheid neemt en je elkaar in eerste instantie pas weer over 9 maanden ziet? Het andere Nederlandse meisje en ik liepen naar de gate toe, moesten daar nog een tijdje wachten, maar gelukkig waren we allebei niet te zenuwachtig. Ik ben echt zo’n persoon die alles pas realiseert als ik ergens echt ben, dat heb ik wel gemerkt, ja. Toen we 9 uur hadden gevlogen kwamen we aan op Minneapolis Airport, een behoorlijk groot vliegveld waar we ongeveer 3 uur moesten wachten. Ik weet nog heel goed dat ik me totaal niet thuis voelde. We moesten door de paspoortcontrole waar ze aan ons vroegen wat we precies kwamen doen. Superstreng wat logisch is natuurlijk, maar dat zijn de momenten die ik bedoel wanneer ik zeg dat ik me niet thuis voelde. Ik weet nog dat we daar aankwamen en ik voor het eerst merkte dat er een tijdsverschil was, super irritant. We stonden in een lange rij voor de paspoortcontrole, Voor m’n gevoel duurde het uren voordat we aan de beurt waren. Toen we aan de beurt waren moesten we elke keer weer opnieuw uitleggen dat we hier waren om te voetballen en te studeren. Dat was best cool haha! Visum en papieren waren goedgekeurd, nu moesten we alleen nog 1,5 uur vliegen naar Minot in North Dakota, en dan zouden we in ons nieuwe thuis zijn. Toen ik aan het wachten was op het vliegveld kwam ik echt tot het besef dat ik hier voor gekozen had en ik dus niet meer terug kon. Ik had super veel zin in mijn avontuur, maar aan de andere kant was er ook dat “gevoel”; een onafhankelijk, volwassen, trots en blij gevoel. Eenmaal aangekomen op Minot Airport haalden we onze bagage op en besloten we de voetbalcoach te bellen want hij zou ons ophalen. Op het moment dat we aan het bellen waren hoorden we ineens onze naam achter ons: “Melanie? Cato? Hey!” Daar was de coach met zijn dochter.

DCIM102MEDIA

Het was een zonnige dag in Minot. Ik weet nog dat ik dacht, dat het er koud en saai zou zijn. Gelukkig kreeg totaal niet dat gevoel toen ik er was. We stapten in de auto. De coach gooide letterlijk de koffers achterin en zo reden we naar zijn huis, die op 2 min afstand van het vliegveld staat. Ja, zo klein is Minot. We reden ook langs de school die aan de overkant ligt van het huis van de coach. Ik had echt geen idee wat me overkwam, het was zo een positief overwelmend gevoel. Mijn droom was eindelijk begonnen, iets wat ik al zo lang wilde. Toen we bij het huis van de coach aankwamen aten we taco’s (zijn vrouw kan echt super goede taco’s maken haha), en kletsten we wat. Daarna werden we naar het huis van teamgenootjes gebracht om daar wat tijd met de meiden door te brengen. Ik vond het in het begin nogal spannend, want ik sprak de taal amper, maar dat veranderde heel snel. Het halve team was in dat huis aan het chillen, en dat gaf me een goed gevoel. De meiden waren dus close met elkaar, dat gaf me wel vertrouwen. Twee meiden brachten ons naar de school om The Dome, het stadion, te laten zien, waarin ook onze teamroom zit en daarna liepen we door naar het veld. Het gevoel wat ik toen kreeg was echt niet te beschrijven. Het was zo ongelooflijk vet om zo’n American Football-veld met tribune en gebouw in het echt te zien. Alles wat je normaal in een film ziet, zag ik nu in werkelijkheid. Daarna gingen we weer terug naar het huis van de meiden. We maakten kennis met nog wat andere teamgenoten en gingen daarna slapen. We konden nog niet naar de kamers op de campus, dus we sliepen een nachtje bij teamgenoten in huis.

Toen we de volgende ochtend opstonden kwam de coach ons ophalen en werden we naar onze kamers op de campus gebracht waar ook de andere eerstejaars teamgenoten aan het wachten waren. We vulden wat papieren in en kregen de sleutel van onze kamers. Ik maakte kennis met mijn kamergenootje. Op het eerste gezicht hadden we niks gemeen. Ik vond haar familie super aardig, maar we waren zo totaal verschillend. Ik kende haar niet en stelde mezelf nog niet open voor haar. Ik kan me nog heel goed herinneren dat ik mijn koffer aan het uitpakken was en zij en haar familie even weg waren, ik voelde me zo alleen. Ik vond het totaal niet leuk en ik barstte in huilen uit. Ik wilde terug naar huis, terug naar mijn familie. Mijn telefoon deed het nog niet, want ik had de WiFi code nog niet en ik kon dus ook mijn familie niet bereiken. Het was overigens ook nacht in Nederland, dus misschien was het maar beter ook. Nu ik aan dat moment terugdenk heeft me dat ook sterker heeft gemaakt. Ik was wel verdrietig, maar daar moet je even doorheen. Ik hield er ook rekening mee dat dit niet de laatste keer zou zijn, en ik zou er alleen maar sterker van worden. Even later kwamen mijn kamergenootje en haar familie terug. We besloten om wat te gaan eten bij Buffalo Wild Wings, mijn eerste ‘fastfood’ in Amerika (van de zovelen keren daarna haha.) Ik voelde me nog helemaal niet thuis; het was allemaal zo anders. Haar familie was zo aardig en dat hielp me wel door de eerste paar dagen heen. Ik wist nog dat ik mijn moeder de dag erna belde. Ik probeerde me groot te houden en niet te laten merken dat ik het aardig lastig had. Mijn moeder kent mij en wist ook wel dat ik iemand ben die moeilijk zonder ouders kan en dus vertelde ik wel dat het anders was en ik eraan moest wennen.

Een week later begon het echte werk. Ik had al een paar verhalen gehoord over dat de coach keihard was, maar ik was niet zo onder de indruk van die verhalen. Ik wist wel dat het een hoog niveau zou zijn en ik had me wel ingesteld op andere trainingen en ander soort voetbal, maar ik had het fout. We hadden de eerste week “double days”. Dat zijn dagen waarop je twee keer per dag training hebt, ’s ochtends en ’s avonds. En dan denk je natuurlijk; nou Melanie hoe erg kan dat zijn? Nou heel erg met een coach als die van ons, haha. Toen ik nog in Nederland was had ik me er al wel op kunnen voorbereiden, maar ik met mijn stomme hoofd had dat natuurlijk niet heel goed gedaan. We hadden papieren met cardio en sprint oefeningen en papieren met gewicht trainingen opgestuurd gekregen. ‘Een voorbereiding’ klinkt niet zo spannend en daarom nam ik het niet echt serieus. Nou dat heb ik ook wel geweten. We begonnen de eerste dag met het rennen van de coopertest, Het favoriete “ding” van de coach. Een coopertest is 2 Miles (3,2 km), welke we in 13 minuten en 30 seconden moesten rennen. Dat is niet zoveel als je fit bent, maar als je niet zo actief bent geweest voor een tijdje, is dat best lastig. Het was ook nog eens super warm buiten en ik had niet veel gedronken die dag en dus nadat ik klaar was, en het niet gehaald had moest ik overgeven. Omdat ik, en vele anderen teamgenoten, het niet gehaald hadden moesten die mensen de volgende dag 18-42’s rennen. Dat zijn sprintjes waarin je binnen 20 seconden de lange zijde van een American Football veld (110 meter) moet sprinten en je 40 seconden hebt om terug te komen. Dit doe je 10 keer. Ik kan je vertellen dat je na de eerste keer al helemaal “dood” bent, je moet namelijk elke keer tot het uiterste gaan om die 20 seconden te halen. De manier waarop de coach ons ook benaderde was heel anders dan ik gewend was. Hij schreeuwde en hield er echt geen rekening mee dat dit pas de tweede dag was na een lange tijd niks doen. Toen wist ik echt dat het met deze trainer serieuze zaak was. Na 3 keer kreeg ik tranen in mijn ogen omdat het voelde alsof ik hier alleen was om bestraft en afgemat te worden. Na 6 keer kon ik niet meer en door de warmte viel ik ook bijna flauw. Omdat ik besloot om uit te stappen, werd ik natuurlijk weer bestraft en moest ik diezelfde middag een coopertest rennen. Ik was niet de enige. De eerstejaars en ik deelden allemaal wel dezelfde mening met dat dit echt heel anders was dan we gewend waren en we er echt geen plezier in hadden. Double days were killing, but in the end, it made me stronger. Dat is hoe ik terugkijk op de eerste week hier.

Delen
John Kaersenhout

Geen reacties